Archief 2010-2011 (artikelen)

Derde gelijkspel voor Witte Paard 1

 

Hoewel de kaarten wat betreft het kampioenschap praktisch geschud waren was het opvallend dat bij de tegenpartij de eerste bordspeler ontbrak. Want alleen VAS 2 was het enige team dat nog van een eventuele dubbele misstap van de koploper zou kunnen profiteren.

Dat weerhield hun gelegenheidskopman er echter niet van om op ongenadige wijze te profiteren van een zo af en toe opduikende grove inschattingsfout vlak na de opening van onze teamleider en schrijver dezes. De 12e zet leek logisch maar bleek na een simpele terugtocht van de witte loper neer te komen op pionverlies en met de volgende zet werd de tent helemaal open gezet.

 

Ondertussen had Jaap zijn ongeslagen status zonder problemen gehandhaafd en dat was voor mij als teamleider geen enkel probleem aangezien zijn tegenstander aan het 8e bord qua rating toch één van de sterkste spelers was.

Jan Brink wist zijn eerste volle punt van dit seizoen te noteren! Een wat al te optimistische actie van zijn tegenstander had hem een kleine kwaliteit opgeleverd en Jan’s lichte stukken wisten al spoedig de weg naar de witte koning te vinden.

Nog voor de eerste tijdcontrole zette Jan Roebers met een prima aanvalspartij ons op voorsprong. Om de zeer gedegen nestor in hun gezelschap te verrassen had hij een ouderwets Morra-Gambiet van stal gehaald en dat miste zijn uitwerking niet! De zwarte koning bleef in het midden staan en met een thematisch paardoffer op f5 werden de nodige diagonalen en lijnen geopend voor een mooi slotakkoord.

Het zag er op dat moment zelfs even naar uit dat er buiten mijzelf niemand van ons in het stof zou moeten bijten want invaller Roland van Soest was bezig zich na een redelijk mislukte opening geweldig in de partij terug te vechten. De pion achterstand in het gelijke lopereindspel deed er niet zo veel meer toe aangezien Roland’s verbonden vrijpionnen aanzienlijk verder opgerukt waren dan die van zijn tegenstander. Helaas speelde hij bij het wegtikken van de laatste seconden net even één van zijn troeven te vroeg naar voren waardoor ze geblokkeerd konden worden. Na de tijdcontrole bleken de 3 witte vrijpionnen inmiddels niet meer tegen te houden, 2½-2½.

Paul was na een uit nood geboren stukoffer van zijn tegenstander al snel terechtgekomen in een eindspel met toren + loper tegen toren waarbij zwart op 2 verbonden vrijpionnen kon bogen. Op het eerste gezicht technisch lastig om te winnen maar via een ingebouwd tactisch grapje kon Paul één van deze pionnen onschadelijk maken waarna zijn loper alle ruimte kreeg om een vrije e-pion te ondersteunen. Topscore gehandhaafd en wij opnieuw op voorsprong!

Jan Rot speelde tot menigeen’s verrassing de Aljechin-verdediging en kreeg daarmee gek genoeg ook nog eens een symmetrische pionstructuur op het bord en daaruit voortvloeiend een eindspel van paard tegen loper met pionnen aan één kant. Toch moest hij nog lang voor zijn welverdiende halfje werken zodat hij pas laat zijn geplande treinreis naar Zuid-Limburg kon aanvangen.

De partij van Christiaan (wel weer eens aan een succesje toe!) tenslotte gaf lange tijd niet de indruk dat de matchzege nog in gevaar zou komen. In de tijdnoodfase voor de 40e zet had hij immers af kunnen wikkelen naar een paardeindspel met een pluspion. De zwarte koning stond echter actiever en toen zwart bij het terugwinnen van zijn pion ook nog zijn meerderheid op de damevleugel kon behouden zagen de zaken er toch wat anders uit. En inderdaad bleek de regel ‘Paardeindspelen zijn net pionneneindspelen’ weer eens opgeld te doen.

 

Witte Paard 1 - VAS 2 4-4

Chris de Saegher - Joris van Vuure 2095 0-1

Jan Roebers - Niek Oud 1985 1-0

Jan Brink - Ticho Cornelisse 1935 1-0

Christiaan Molenaar - Niels van Dam 2040 0-1

Jan Rot - Milan Ramer 1908 ½-½

Paul van Haastert - Sietske Greeuw 1983 1-0

Roland van Soest - Marten v/d Veen 1872 0-1

Jaap de Berg - David Kleeman 2009 ½-½